Charif N.
1/5
De gemeente Leidschendam-Voorburg laat al jaren een enorme kloof zien tussen rijke en achtergestelde wijken. Terwijl er miljarden worden geïnvesteerd in de omgeving, blijft de wijk Prinsenhof compleet achter. Er is nauwelijks ondersteuning voor jongeren, waardoor zij massaal bezwijken aan drugs, achterstand en criminaliteit. Het beleid is gericht op de welvarende delen van de gemeente, terwijl de problemen in Prinsenhof structureel worden genegeerd.
Een schrijnend voorbeeld van deze dubbele maat is de rol van WOEJ, de welzijnsorganisatie die in theorie voor alle inwoners zou moeten werken. In werkelijkheid wordt het meeste geld besteed aan ouderen, terwijl jongeren in de wijk aan hun lot worden overgelaten. Er zijn geen fatsoenlijke voorzieningen of investeringen voor jeugdontwikkeling, terwijl de problemen zich opstapelen. Dit leidt ertoe dat steeds meer jongeren geen toekomstperspectief hebben en in verkeerde kringen belanden.
De gemeente en WOEJ blijven wegkijken en doen alsof er geen probleem is. Jongeren worden afgeschreven in plaats van geholpen, en dat terwijl er genoeg middelen beschikbaar zijn. De ongelijkheid is overduidelijk: voor bepaalde groepen wordt alles geregeld, terwijl anderen niets krijgen. Dit beleid is niet alleen oneerlijk, maar ook desastreus voor de toekomst van de jongeren in deze gemeente.
Als er niets verandert, zal de situatie alleen maar erger worden. Er moet geïnvesteerd worden in jongeren, scholing en kansen, in plaats van het geld weg te sluizen naar slechts één groep inwoners. De jeugd is de toekomst – maar in Leidschendam-Prinsenhof lijkt die toekomst er niet te mogen zijn.